Saturnus 


Ik verberg me in mijn ringen.
Zo hoor je me niet zingen.
Ik dans in de nevels,
op duizend gouden tegels.

Mijn tien dochters bewaken,
mijn diamanten daken.
Mijn overvolle schuren
fascineren mijn ouwe buren.

Ze zijn je van harte gegund
Je zweet is mijn loon.
Maar bidt voor mijn zoon.

Pluto verliet ons huis.
Hij leeft nu zo eenzaam
aan 't eind van de zonnelaan.